Verras jezelf of iemand anders met de poëtische postkaarten van Z/Postbus.
Hieronder lees je de poëtische tekst van elke postkaart, met telkens een kaartnummer. Noteer even de nummers van de kaarten die je interesseren en hoeveel exemplaren je wenst van elke kaart. Bestel dan online.
//
KAART 01
kleur de dag in, / tel de kleuren van de dag op // maak de som van alle schakeringen / en bewaar ze voor de nacht, / bundel alle schakeringen in donker // donker is nooit zwart, / zwart is niet wat het lijkt
KAART 02
en laat de boom maar staan / duw er nooit meer tegenaan // en laat de boom maar staan / trek en sleur er nooit meer aan // en laat de boom maar staan / leun er zachtjes tegenaan // en laat de boom zijn wie hij is / geworteld zoals hij zal je hem verstaan
KAART 03
zullen we / dansen op het strand? // op de tonen van de golven, / op het drijven van de wolken // met het zand tussen de tenen, / al dansend komen we tot leven
KAART 04
verdwaal in jezelf, / vertaal wat er leeft // zing het uit, / spring omhoog // en vergeet nooit te dansen
KAART 05
toen mijn armen naar de hemel reikten, / wilde ik de wolken opzij schuiven voor wat zon // toen mijn voeten stevig op aarde stonden, / wilde ik alleen maar kunnen aarden in liefde // toen mijn hart hemel en aarde bewoog, dacht ik: / zwevend tussen hemel en aarde, daar is het / dat ik je hebben wil
KAART 06
jij was onderweg naar hier, / in je hoofd was je al onderweg / naar later // wat als je het nu laat stromen / en onderweg naar later achterlaat / langs het water
KAART 07
we kunnen maar stralen als de zon / wanneer we allebei een wolk van liefde zijn // we zullen maar een wolk van liefde zijn / zolang we het verlangen kunnen verlengen // dat we stralen als de zon
KAART 08
kijk naar de bloem / in de fleur van haar leven // vang de stralen / van de waterzon voor nu // bloei als de bloem / dankzij zon en wat regen // bang zijn voor water / is niet meer dan een déjà vu
KAART 09
stroom als het water, / leef als een stroom // adem in en voel dat je leeft, / adem uit en voel dat je geeft
KAART 10
wat zie jij als de zon / in een regenplas schijnt? / zie je de regen die te lang / heeft geduurd of zie je de zon / die uitkomt waarvoor ze / vanmorgen opkwam?
KAART 11
zullen we / wat meer / minderen? / zullen we / vertragen? / dan kunnen we / elkaar dragen met al onze vezels
KAART 12
zoveel bloemen als jij verdient / kan ik jou niet geven, dus geef ik / wat woorden – die verwelken niet